Je bent namelijk een allemansvriend.
Nog drie maanden werken en dan is de stress voorbij,
Maar dan wacht op jou thuis nog een heel karwei.
Er zijn nog zoveel klussen die je moet doen,
Dus trek maar vast aan je werkhandschoen.
Je mag ook in de keuken staan,
Om voor je vrouw een lekkere maaltijd te bereiden,
En haar daarmee te verleiden.
Ze verheugt zich nu al op het lekkere eten als ze thuiskomt,
En ze haar lieve Ton in de keuken ziet staan.
Dan heeft ze ook geen reden meer om vreemd te gaan,
Je bent het beste wat haar is overkomen in haar leven,
En je hebt haar ook nog twee mooie kinderen gegeven.
Ha, ha, ha, nu is het afgelopen met het slijmen,
Ik kan namelijk niet verder rijmen.
Dit gedicht is ingezonden door Ingrid
Volgende kerstgedicht: Waar gaan we eens beginnen
Vorige kerstgedicht: Van dit gedicht wordt je vast blijer